Hier vind je de antwoorden op de meest gestelde vragen over exposities, shows, tentoonstellingen en titels.
Er zijn meer dan 300 verschillende rassen. Om het totaal aan hondenrassen overzichtelijk te maken, worden ze ondrverdeeld in rasgroepen. Rasgroepen zijn belangrijk op tentoonstellingen. Om ‘beste van de tentoonstelling’ te kunnen worden, moet je ook de beste van de rasgroep zijn.
Wij hanteren de indeling van de FCI (Fédération Cynologique Internationale). Deze is als volgt:
Rasgroep 1 - Herdershonden en Veedrijvers
Rasgroep 2 - Pinschers en Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
Rasgroep 3 - Terriërs
Rasgroep 4 - Dashonden
Rasgroep 5 - Spitsen en Oertypes
Rasgroep 6 - Lopende honden, zweethonden en verwante rassen
Rasgroep 7 - Staande honden
Rasgroep 8 - Retrievers, waterhonden en spaniëls
Rasgroep 9 - Gezelschapshonden
Rasgroep 10 - Windhonden
Om ‘Internationaal Schoonheidskampioen’ te worden, moet je hond in drie landen onder drie verschillende keurmeesters in totaal vier maal een CACIB-certificaat winnen.
Voor honden die werkproeven doen, geldt een andere regel. Je hond moet dan twee CACIB-certificaten in twee landen onder twee verschillende keurmeesters winnen én ook een eerste, tweede of derde prijs of een kwalificatie ‘goed’ behalen op een nationale veldwedstrijd of werkwedstrijd.
Voor alle honden geldt dat tussen het eerste en het laatste CACIB een tijdsvak moet liggen van tenminste twaalf maanden. Je kunt een CACIB bij een tentoonstelling winnen in de open klas, gebruikshondenklas, kampioensklas en de klas van 15 tot 24 maanden. De keurmeester kan een CACIB toekennen aan de beste reu en beste teef van een ras maar is daartoe niet verplicht. Voorwaarden zijn in dat geval dat de hond de kwalificatie ‘uitmuntend’ heeft gekregen, ingeschreven staat in een door de FCI (Fédération Cynologique Internationale) erkend stamboek en de hond ouder is dan vijftien maanden.
Voldoet je hond aan alle eisen, dan kun je het internationaal kampioenschap aanvragen bij de FCI.
Om ‘Internationaal Showkampioen’ (officiële internationale afkorting: CIE) te worden moet je hond in drie landen onder drie verschillende keurmeesters in totaal vier maal een CACIB-certificaat hebben gewonnen.
De titel ‘Internationaal Showkampioen’ is voor honden van die rassen die voor het internationaal schoonheidskampioenschap (CIB) een werktest moeten afleggen. Daarvoor zijn twee CACIB-certificaten in twee landen onder twee verschillende keurmeesters nodig. Daarnaast moet je hond een eerste, tweede of derde prijs of een kwalificatie ‘goed’ op een nationale veldwedstrijd of werkwedstrijd halen.
Voor alle honden geldt dat tussen het eerste en het laatste CACIB een tijdsvak moet liggen van tenminste twaalf maanden.
Je hond kan een CACIB winnen op een tentoonstelling in de open klas, gebruikshondenklas, kampioensklas en de klas van 15-24 maanden. De keurmeester kan een CACIB toekennen aan de beste reu en de beste teef van het ras. Hij moet dan wel de kwalificatie ‘uitmuntend’ krijgen, ingeschreven staan in een erkend stamboek en ouder dan vijftien maanden zijn.
Als je hond aan de vereisten heeft voldaan, kun je het internationaal kampioenschap aanvragen bij de FCI.
Bij het CACIB gelden de regels voor het ‘doorschuiven’ van het CACIB als de hond die het CACIB ontvangt reeds ‘Internationaal Kampioen’ is.
Om ‘Nederlands Kampioen’ te worden moet je hond vier Nederlandse kampioenschapsprijzen (CAC) behalen. Deze moeten zijn toegekend door tenminste twee verschillende keurmeesters. Op de dag van het behalen van het laatste CAC moet je hond 27 maanden of ouder zijn. Heeft je hond al voldoende CACs behaald voor die leeftijd, dan volstaat een reserve op of na 27 maanden.
De keurmeester kent een CAC (Certificat d'Aptitude au Championnat = Certificaat van Geschiktheid voor het Kampioenschap) toe op de daarvoor aangewezen tentoonstellingen en kampioenschapclubmatches aan de beste reu en de beste teef van het ras. De hond moet dan wel de kwalificatie ‘uitmuntend’ krijgen en met tenminste één generatie in een erkend hondenstamboek staan.
Is de beste reu of teef al ‘Nederlands Kampioen’, dan schuift het CAC onder dezelfde condities door naar de hond die is aangewezen voor het reserve-CAC.
Als één CAC-punt telt:
Als je je hond laat registreren als Nederlands Jeugdkampioen of Nederlands Veteranenkampioen ontvangt hij automatisch één CAC. Vraag je het kampioenschap niet aan, dan registreren wij geen CAC.
Als twee punten tellen:
Let op: slechts één van de twee kan bij een hond dubbel meetellen!
De hond moet verder op naam van de juiste eigenaar én op het juiste adres geregistreerd staan. Komt je hond uit het buitenland, dan moet je hem eerst laten registreren in het Nederlands Hondenstamboek (NHSB).
Het is niet nodig om de Nederlandse Kampioenstitel aan te vragen.
Als de hond die het CAC wint al ‘Nederlands Kampioen’ is, dan krijgt de hond die het reserve-CAC heeft gewonnen het CAC. Dit geldt ook voor de dubbel tellende CACs. Het reserve-CAC vervalt dan. Het doorschuiven van de CAC naar de reserve-CAC winnaar doen we op ons kantoor; dit gebeurt dus niet tijdens de tentoonstelling zelf.
Je hond kan ‘Nederlands Jeugdkampioen’ worden als hij in de jeugdklasse op een Nederlandse CAC- en/of CACIB-tentoonstelling of op een kampioenschapclubmatch drie maal een eerste plaats behaalt met de kwalificatie ‘uitmuntend’. Dit moet onder minimaal twee verschillende keurmeesters gebeuren. Als je de titel ‘Nederlands Jeugdkampioen’ aanvraagt, ontvangt je hond automatisch één CAC. Maak hiervoor gebruik van het aanvraagformulier. Is je hond ‘Nederlands Jeugdkampioen’, dan stellen wij een oorkonde beschikbaar. Ook kunnen wij de titel op de stamboom van eventuele nakomelingen vermelden.
Je hond kan ‘Nederlands Veteranenkampioen’ worden als hij op een Nederlandse CAC- en/of CACIB-tentoonstelling of kampioenschapclubmatch drie maal een eerste plaats behaalt met de kwalificatie ‘uitmuntend’. Dit moet onder minimaal twee verschillende keurmeesters gebeuren. Als je de titel ‘Nederlands Veteranenkampioen’ aanvraagt, ontvangt je hond automatisch één CAC. Maak hiervoor gebruik van het aanvraagformulier. Is je hond ‘Nederlands Veteranenkampioen’, dan stellen wij een oorkonde beschikbaar. Ook kunnen wij de titel op de stamboom van eventuele nakomelingen vermelden.
Alle honden komen in aanmerking voor het CAC, behalve honden die ingeschreven staan in de jongste puppyklas of puppyklas.
Alle honden komen in aanmerking voor het CACIB, behalve honden die ingeschreven staan in de veteranenklas, jeugdklas, fokkersklas, jongste puppyklas of puppyklas.
De ‘Beste van het ras’ kan uit alle individuele klassen komen, behalve uit de jonste puppyklas en puppyklas.
Honden in de jongste puppyklasklas en puppyklas kunnen de volgende kwalificaties krjigen: ‘veel belovend, ‘belovend’ of ‘weinig belovend’.
Alleen de honden die de kwalificatie ‘veel belovend’ krijgen en beste van de klasse worden, dingen mee naar een eventuele ‘Beste Pup’ of ‘Beste jongste pup’ van de dag.
Het openstellen van een kampioensklas geldt alleen voor kampioenschapsclubmatches en clubmatches van rasverenigingen. Dit geldt dus niet voor een clubmatch georganiseerd door een kynologenvereniging. Je mag kampioenshonden op een clubmatch van een kynologenvereniging uiteraard wel in andere klassen inschrijven.
Inschrijven in de kampioensklas op een kampioenschapsclubmatch is niet verplicht. Je mag je hond ook in een andere klas inschrijven.