De Peruaanse naakthond, ook wel Peruvian Inca Orchid of Moonflower Dog, is een hond van het halfwindhonden type. Het ontstaan van dit ras is (evenals van andere naaktrassen uit Zuid-Amerika) onduidelijk. Zijn oorsprong gaat zo'n 300 jaar voor Christus terug. Hij werd als huishond gehouden door de Inca's in Peru. Misschien zijn er op ongeveer hetzelfde moment op verschillende plaatsen ter wereld naakte mutanten ontstaan die in de omgeving zoveel voordelen hadden dat zij beter konden overleven dan hun behaarde familieleden. Vast staat dat de Peruaan al heel vroeg in huis werd gehouden omdat deze honden heerlijk warm aan voelden en geen last hadden van ongedierte. Ze hielpen de mensen met de jacht, bewaakten de huizen en speelden met de kinderen.
Wist je dat lang niet alle honden die je op straat tegenkomt een officiële stamboom hebben? Rashonden zonder stamboom noemen we ‘look-alikes’. Meer weten over het verschil tussen een stamboomhond en een 'look-alike' kijk op de pagina 'Waarom een stamboomhond?'.
Het haar van de hond moet zo goed als ontbreken. Een klein beetje haar (stekeltjes) op de kop is toegestaan evenals op de voeten (maximaal tot de pols) en op een derde van de staart.
De Peruaan komt voor in 3 maten. Klein: 25 - 40 cm, 4 - 8 kilo. Middel: 41 - 50 cm , 8 - 12 kilo. Groot: 51 - 65 cm, 12-25 kilo.
De Peruaan is nobel en zijn karakter varieert van heel zelfstandig tot heel aanhankelijk. De honden zijn levendig en alert. Gereserveerd tegenover vreemden en een goede waakhond die soms wel erg graag blaft. De opvoeding van de Peruaan vergt kennis van de hondentaal en consequentie. Zijn afkomst, de Peruaan is een oerras, zie je terug in zijn gedrag. Vluchtgedrag is één van de gedragingen waar men rekening mee dient te houden. De honden zijn niet slaafs en moeten niet met harde hand/stem worden opgevoed. De Peruaan beschouwt zich meer als een vriend, op basis van gelijkwaardigheid De Peruaan is goed te trainen, voorwaarde is wel een goede relatie met de hond. Een luide stem en veel correcties werken averechts tijdens de training en voor het opvolgen van commando's.
De huid van de Peruaan verdient net zoveel aandacht als de vacht van een gewone hond. De huid moet regelmatig gescrubd worden en af en toe ingevet met een olievrij product. De huid van de jonge hond heeft vaak mee-eters en acné en dient dan goed verzorgd te worden om ontstekingen te voorkomen. Speciale aandacht verdienen de oorranden, omdat die snel kloofjes vertonen. Licht getinte honden of honden met lichte vlekken, moeten tegen de zon worden beschermd door middel van zonnebrandcrème of sunblock. De Peruaan heeft er een hekel aan om op koude oppervlakken te zitten of te liggen. Bescherming tegen de kou (jasje) is niet nodig, behalve bij extreme kou ( onder -5C) en als de hond buiten langdurig moet stilstaan of zitten (bijvoorbeeld met training).
Er is op dit moment helaas geen rasvereniging die de Peruaanse haarloze hond, miniatuur, vertegenwoordigd. De aanbevolen gezondheidsonderzoeken voor dit ras zijn: ECVO-oogonderzoek en Patella Luxatie. Ook wordt aanbevolen het onderzoek naar heupdysplasie, elleboogdysplasie en het beluisteren van harttonen.
Voor het verenigingsfokreglement en meer informatie kan er contact worden opgenomen met de rasvereniging.
FCI groep 5: Spitsen en oertypen
Sectie 6
Helaas is er op dit moment geen rasvereniging die dit ras vertegenwoordigd.
Wij hebben geen inhoudelijke controle gedaan en zijn niet verantwoordelijk voor onjuistheden of onduidelijkheden in de tekst.