Reddingshond

Het fantastische reukvermogen van de hond maakt hem een uitstekende speurneus. Reddingshonden gebruiken hun neus en doorzettingsvermogen voor het zoeken naar vermiste mensen in vlaktes, onder puin en in het water. De honden werken met een vaste geleider, de baas van de hond. Samen vormen zij een hecht team. Het is vrijwilligerswerk, maar van de honden en hun geleiders wordt serieus speurwerk verwacht.


Wat doet de reddingshond?

Reddingshonden worden ingezet bij de vermissing van een persoon. De honden zijn speciaal getraind om de lichaamsgeur van mensen te herkennen.

Bij het zoeken op vlaktes speuren de honden in linie het aangewezen zoekgebied af. Dit betekent dat de honden niet afzonderlijk zoeken, maar in groepsverband met meerdere honden. De honden lopen hierbij los en volgen de commando’s op van hun geleider.

In het puin zoeken werkt volgens een andere methode. De reddingshonden zoeken hierbij één voor één een gedeelte af. Iedere hond heeft hierbij zijn eigen stuk. De hond geeft aan op welke plek de sterkste geur uit het puin komt.

Honden kunnen op het water zoeken naar drenkelingen. De hond en zijn geleider zitten dan op een boot die zigzaggend over het water gaat. Als de hond aangeeft iets te ruiken, leggen de geleiders de coördinaten vast en wordt er een tweede hond gebruikt om te verifiëren of ook hij op dezelfde plaats aangeeft iets te ruiken. Het water zoeken is het moeilijkst, omdat de lichaamsgeur van mensen in het water zich minder goed/ver verspreidt. Daarom is het zoeken in deze situatie alleen weggelegd voor reddingshonden met veel ervaring.

Meestal zorgt de politie voor de inzet van reddingshonden, maar bij vermissingen in het buitenland geeft het ministerie van Buitenlandse Zaken hiertoe de opdracht. Soms doen ook particulieren bij een vermissing een beroep op een reddingshond. De inzet van een reddingshond gaat echter altijd in overleg met de politie.

 

 

Welke honden zijn geschikt?

Niet alle honden hebben het in zich om reddingshond te worden. Een reddingsoperatie speelt zich vaak af in zwaar terrein. Het is daarom belangrijk dat de hond dit fysiek aan kan en hier de juiste bouw voor heeft. Herdershonden en retrievers (of kruisingen hiervan) zijn het meest geschikt als reddingshond. Deze rassen kunnen zich vaak makkelijk aanpassen aan de omstandigheden waar ze in terecht komen.

De hond moet gezond zijn en geen afwijkingen aan ellebogen en heupen hebben. Maar het belangrijkste is misschien nog wel dat de hond graag wil werken en het leuk vindt om opdrachten te doen met zijn geleider.

 

 

Welke opleiding krijgt een reddingshond?

Voordat de hond kan beginnen aan de opleiding tot reddingshond moet hij aan een paar eisen voldoen. Hij moet gezond zijn en minimaal de cursus Gedrag en Gehoorzaamheid niveau 1 hebben behaald.

Meestal begint een hond aan de reddingshonden opleiding als hij nog een pup is, maar ook oudere honden (tot maximaal tweeënhalf jaar) kunnen de opleiding volgen.

Stapje voor stapje leert de hond het vak reddingshond. De geleider leert de hond dat het zoeken en vinden van mensen leuk is om te doen. Voor de hond is het hierdoor een groot spel. Een spel dat hij geweldig vindt.

Verwijzen is een belangrijk onderdeel van het reddingshondenwerk. Bij verwijzen maakt de hond duidelijk dat hij wat geroken of zelfs iemand gevonden heeft. Omdat elke hond anders is, zijn er verschillende verwijsmethoden. Sommige honden blaffen als ze iemand gevonden hebben of een geur opgepikt hebben, andere honden apporteren graag. Als honden graag apporteert, leert de geleider hem de verwijsmethode ‘bringselen’ aan. Bij het ‘bringselen’ heeft de hond een stoffen koker aan zijn halsband hangen. De geleider leert de hond dat hij deze in zijn bek moet nemen als hij een slachtoffer gevonden heeft. Hij moet deze naar de geleider brengen en hem aanwijzen waar hij hem in zijn bek heeft genomen (de plaats waar hij iets heeft gevonden). Als de hond niet makkelijk blaft en niet graag apporteert, is er ook nog het leeg verwijzen. Deze methode is eigenlijk hetzelfde als het bringselen alleen dan zonder bringsel. De hond komt de geleider dus gewoon ophalen en brengt hem naar het slachtoffer. Tijdens de opleiding komt naar voren welke verwijsmethode het beste bij de hond past.

Als je je eigen hond wilt opleiden tot reddingshond kun je hier een speciale opleiding voor volgen. De opleiding duurt ongeveer 2 tot 3 jaar. In deze periode leer je alles over het verantwoord en met discipline geleiden van je hond. Ook zoekmethodes, ethologie van de hond en kaart en kompas lezen zijn onderdelen van de opleiding. Omdat niet alle reddingsoperaties zonder gevaar zijn, is het behalen van EHBO voor mens en dier een vereiste. Als je geslaagd bent, kun je worden ingezet door de hulpdiensten om echt reddingswerk te doen!

 

Welke organisaties houden zich hier mee bezig?

Door heel Nederland zijn tal van organisaties en verenigingen die zich bezighouden met het opleiden en inzetten van reddingshonden. De Nederlandse Reddingshonden Bond is de overkoepelende organisatie voor aangesloten reddingshondenverenigingen in Nederland.

Voorbeelden van organisaties die hond en baas opleiden tot reddingsteam en deze inzetten, zijn Stichting Reddingshonden (RHWW), Reddingshonden Hulpdienst Holland en Stichting Inzet Reddingshond Nederland.